De uitwateringssluis De Piet werd gebouwd in 1874. Door de bedijking van de Schengepolder konden zes omliggende polders hun overtollige binnenwater niet meer op het tot dan toe nog open westelijke deel van de Schenge afvoeren. Aan het gelijktijdig aangelegde haventje De Piet, aan de westzijde van de Schengepolder, werd daarom een nieuwe uitwateringssluis gebouwd, waardoor het water uit dertig achterliggende polders met een totale oppervlakte van circa 5500 hectare werd afgevoerd. Voor het beheer van de uitwateringssluis werd een afzonderlijk waterschap ingesteld, het “Waterschap voor uitwatering door de Sluis in de Piet”. Hierin namen de polders naar evenredigheid deel. Vanweg verzanding werd in 1912 naast de sluis een hulpstoomgemaal gesticht, dat in 1918 door een permanent gemaal werd vervangen; het gemaal loost nu zijn water via de sluis.